Om u zo goed mogelijk van dienst te kunnen zijn, maken wij gebruik van cookies. Door de tracking cookies te accepteren, wordt u herkend. Zo kunnen we onze website afstemmen op uw persoonlijke voorkeuren en kunnen we u relevante informatie en advertenties laten zien, binnen en buiten onze website. Voor meer informatie kunt u kijken bij ons cookie- en privacybeleid.
Ik ga akkoordDit bericht is langer dan 12 maanden geleden gepubliceerd, de informatie die u leest kan verouderd zijn, bezoek ons Actueel gedeelte voor recentere ontwikkelingen.
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft vandaag uitspraak gedaan in een aantal zaken over fosfaatrechten. Het gaat om beroepen van melkveehouders tegen de door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (minister) op grond van de Meststoffenwet vastgestelde fosfaatrechten.
Volgens de melkveehouders is de vaststelling van fosfaatrechten in strijd met hun eigendomsrecht. Zij beroepen zich in dat verband op artikel 1 van het Eerste Protocol bij het Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden (EP), waarin dit recht wordt beschermd.
In de uitspraken van vandaag heeft het CBb de individuele omstandigheden van de betrokken melkveehouders beoordeeld om na te gaan of sprake is van een onevenredige last. Daarbij speelt bij de verschillende melkveehouders een grote diversiteit aan feiten en omstandigheden die ten aanzien van elke veehouder afzonderlijk in onderling verband en hun totaliteit zijn bezien.
Ten aanzien van één van de betrokken veehouders oordeelt het CBb bij weging van de individuele omstandigheden dat een onevenredige last aanwezig is. Het gaat in dit geval om een veehouder die zowel varkens als melkvee hield, maar onder meer door persoonlijke omstandigheden heeft besloten om te schakelen naar een bedrijf met uitsluitend melkvee. Volgens het CBb is de keuze voor deze omschakeling vanwege de bijzondere omstandigheden begrijpelijk. De melkveehouder heeft aannemelijk gemaakt dat de continuïteit van zijn bedrijf als gevolg van het fosfaatrechtenstelsel in gevaar is en dat hij een zware financiële last ondervindt. Ook is van belang dat met de uitbreiding van de melkveetak niet meer wordt gecompenseerd dan het wegvallen van de inkomsten van de varkenshouderij. Het CBb bepaalt dat de minister binnen zes weken een nieuwe beslissing moet nemen.
In alle andere zaken heeft het CBb geconcludeerd dat geen sprake is van een onevenredige last.
We nodigen u graag uit om kennis te maken. Wij zijn altijd geïnteresseerd in de verhalen van de ondernemer en denken graag met u mee. Een kennismakingsgesprek en de kop koffie zijn bij ons altijd gratis. Vaak kunnen we uw eerste vragen direct beantwoorden.
Bron: Rechtspraak.nl
Update uw browser om optimaal van deze website (en vele anderen) te genieten Nu updaten!