Om u zo goed mogelijk van dienst te kunnen zijn, maken wij gebruik van cookies. Door de tracking cookies te accepteren, wordt u herkend. Zo kunnen we onze website afstemmen op uw persoonlijke voorkeuren en kunnen we u relevante informatie en advertenties laten zien, binnen en buiten onze website. Voor meer informatie kunt u kijken bij ons cookie- en privacybeleid.
Ik ga akkoordOp basis van de landelijke ‘Regeling provinciale gebiedsgerichte beëindiging veehouderijlocaties’ kunnen provincies een provinciale subsidieregeling openstellen voor het (gedeeltelijk) beëindigen van veehouderijen. De subsidie is bedoeld voor veehouderijen in bepaalde veenweidegebieden, op zandgronden, langs beekdalen of rondom Natura 2000-gebieden. De subsidie bedraagt 100% voor het waardeverlies van de productiecapaciteit, het inleveren van dierrechten en voor overige subsidiabele kosten. Er geldt een drempelwaarde voor de verplichte ammoniakemissiereductie.
De overheid stelt een bepaald budget beschikbaar voor provinciale opkoopregelingen. Provincies die gebruik willen maken van dit budget moeten zich houden aan de voorwaarden van de ‘Regeling provinciale gebiedsgerichte beëindiging veehouderijlocaties’ (Rpgb). De provinciale opkoopregelingen op basis het Rpgb zijn een aanvulling op de landelijke opkoopregelingen, zoals Lbv, Lbv-plus, Lbv kleine sectoren en Lvvp. De subsidieregeling is op verschillende onderdelen vergelijkbaar met de landelijke opkoopregelingen.
De Rpgb wordt ook wel ‘Maatregel gebiedsgerichte beëindiging veehouderijlocaties’ (MGB) genoemd.
De subsidie is bedoeld voor veehouderijbedrijven die geheel of gedeeltelijk willen beëindigen. De veehouderijlocatie moet liggen in minimaal een van de volgende gebieden:
De provincies kunnen in hun subsidieregeling deze gebieden verder inkaderen.
Bedrijven die gedeeltelijk willen beëindigen kunnen ook voor subsidie in aanmerking komen. Met gedeeltelijk beëindiging wordt bedoeld:
De landelijke overheid stelt een budget van € 140 miljoen beschikbaar voor de provincies. De provincies kunnen dit budget aanvullen tot gezamenlijk maximaal € 700 miljoen.
Met de subsidie worden vrijwillige beëindigingen van (delen van) veehouderijen gestimuleerd. Deze beëindigingen zijn van belang voor de realisatie van doelen op het gebied van water, natuur en klimaat.
Voor verschillende activiteiten wordt subsidie verleend. De subsidie bedraagt 100% van de subsidiabele kosten. De subsidiabele kosten bestaan uit:
Bij een volledige bedrijfsbeëindiging gelden o.a. de volgende voorwaarden:
Bij een gedeeltelijke bedrijfsbeëindigingen gelden vergelijkbare voorwaarden voor de diersoorten die op de locatie worden beëindigd of verminderd. Indien één diersoort wordt verminderd is bijvoorbeeld het slopen en verwijderen van de productiecapaciteit en het inleveren van de dierrechten gebaseerd op de afname van het aantal dieren.
Bij een gedeeltelijke beëindiging moet, na subsidieverlening, de modelovereenkomst, die opgenomen is in bijlage 2 van de Rpgb, worden ondertekend.
Een aanvraag voor deze subsidieregeling kan worden ingediend op basis van een provinciale subsidieregeling/-openstelling.
In de provinciale regeling worden de verschillende termijnen opgenomen, waarbinnen bepaalde stappen, zoals bijvoorbeeld sloop en verwijdering van de productiecapaciteit, genomen moeten zijn.
Welke provincies gebruik zullen maken van de subsidiemogelijkheid, en wat dan de openstellingsperioden worden, is nog niet bekend.
Zie voor meer informatie:
Bron: Component Agro
Update uw browser om optimaal van deze website (en vele anderen) te genieten Nu updaten!