woensdag 16 april 2025

Vestigingssteun Jonge landbouwers 2025

De ‘Subsidie voor de vestiging van jonge landbouwers’ wordt opengesteld van 28 april t/m 27 juni 2025. De subsidie is bedoeld voor jonge landbouwers, die op 1 januari 2023 of later een landbouwbedrijf zijn gestart of geheel of voor een groot deel (min. 50%) hebben overgenomen. Hierbij is de mate van het juridisch eigendom van het onroerend goed van belang. De subsidie bedraagt € 80.000. De subsidie wordt toegekend op basis van volgorde van binnenkomst van volledige aanvragen. De subsidieregeling is op enkele onderdelen aangepast t.o.v. 2024. Daarnaast zijn er nog openstaande vragen over bedrijven met (een groot aandeel) pacht en de bepaling van het aandeel juridisch eigendom (van het onroerend goed) bij o.a. samenwerkingsverbanden.

Doel van de subsidie

De ‘Subsidie voor de vestiging van jonge landbouwers’ (Vestigingssteun) is bedoeld om jonge landbouwers te stimuleren om een landbouwbedrijf te starten of over te nemen. Met de subsidie worden de jonge landbouwers financieel ondersteund. Daarnaast is het de bedoeling dat het bedrijf duurzaam wordt ontwikkeld binnen bepaalde GLB-doelen.

Hoogte van de subsidie

De subsidie bedraagt € 80.000.

Budget

Het budget voor 2025 bedraagt € 47,36 miljoen.

Wijzigingen t.o.v. de openstelling 2024

De voorwaarden voor de Vestigingssteun 2025 zijn voor een groot deel vergelijkbaar met de voorwaarden van de Vestigingssteun 2024. De belangrijkste wijzigingen staan hieronder vermeld. Vervolgens zijn alle voorwaarden voor 2025 beschreven.

Vestiging/zeggenschap: tenminste 50% juridisch in eigendom (i.p.v. 50% eigen vermogen)

Eén van de voorwaarden voor 2025 is dat de jonge landbouwer tenminste 50% van het bedrijf juridisch in eigendom moet hebben. In geval van een BV (of NV) moet de jonge landbouwer (in het kader van zeggenschap) tenminste 50% van de aandelen bezitten. In 2024 was dit in beide gevallen ‘meer dan’. Daarnaast wordt met ‘juridisch in eigendom’ duidelijker gemaakt dat alleen economische eigendom niet voldoende is en dat nadrukkelijk wordt gekeken naar het onroerend goed van het bedrijf. Minimaal 50% van het onroerend goed van een bedrijf moet juridisch eigendom zijn van de jonge landbouwer. Een jonge landbouwer met alleen roerende goederen in eigendom voldoet niet aan de voorwaarden.

Meerdere jonge landbouwers

Bij meerdere jonge landbouwers als bedrijfshoofd moet iedere individuele jonge landbouwer blokkerende zeggenschap hebben.

Standaardverdiencapaciteit lager dan € 25.000: urenregistratie

Als de standaardverdiencapaciteit (SVC) van een bedrijf in de instandhoudingsperiode van vijf jaar onder de

€ 25.000 komt moet een urenregistratie worden bijgehouden.

Aanvullend diploma/getuigschrift cursus vervallen

Voor jonge landbouwers die geen middelbare of hogere agrarische opleiding hebben gevolgd, is het niet langer verplicht ‘een diploma of een getuigschrift van een cursus op het gebied van bedrijfsovername of agrarische bedrijfsvoering’ te hebben. Twee jaar relevante aantoonbare ervaring, gerekend van de leeftijd vanaf 16 jaar, is nu voldoende.

Voorwaarden

Voor deze subsidieregeling gelden voorwaarden voor de jonge landbouwer (aanvrager) en voor het bedrijf. Daarnaast moet de aanvrager een bedrijfsplan indienen.

Voorwaarden jonge landbouwer

De jonge landbouwer moet voldoen aan de volgende voorwaarden:

Op 1 januari 2023 of later, maar uiterlijk op de datum van de subsidieaanvraag, gestart met een landbouwbedrijf of een landbouwbedrijf (deels) overgenomen.
Op 31 december 2025 16 jaar of ouder en nog geen 40 jaar.
Bedrijfshoofd op het moment van indienen van de aanvraag.
Een land- of tuinbouwopleiding gevolgd hebben of beschikken over relevante aantoonbare ervaring.

Bedrijfshoofd

Op het moment van aanvraag moet de jonge landbouwer ‘bedrijfshoofd’ zijn. Een jonge landbouwer is bedrijfshoofd wanneer hij/zij:

Tenminste 50% zeggenschap in het bedrijf heeft.
Daadwerkelijk langdurige zeggenschap heeft. Dit betekent dat de jonge landbouwer blokkerende zeggenschap moet hebben bij beslissingen met een financieel belang van meer dan € 25.000.
Minimaal 1.225 uur per jaar in het bedrijf werkt.

Tenminste 50% zeggenschap

Een jonge landbouwer heeft ‘tenminste 50% zeggenschap’ indien:

De jonge landbouwer tenminste 50% van het bedrijf juridisch in eigendom heeft. Dit geldt voor eenmanszaken en samenwerkingsverbanden.
De jonge landbouwer tenminste 50% van de aandelen bezit in geval van een BV (of NV).

Pachtbedrijven

Ook volledige pachtbedrijven (reguliere pacht of erfpacht) kunnen na overname in aanmerking komen voor vestigingssteun. Er moet dan tenminste sprake zijn van medepacht door de Jonge landbouwer. Bij gedeeltelijke pachtbedrijven of andere vormen van grondgebruik is nog niet alles duidelijk. Hierover liggen nog een aantal vragen bij RVO.

Opleiding of ervaring

De jonge landbouwer moet tenminste aan één van de volgende voorwaarden voldoen:

Een diploma of getuigschrift bezitten van een middelbare of hogere opleiding land- of tuinbouw- of een aanverwante opleiding of
Aantoonbaar tenminste twee jaar ervaring hebben (vanaf een leeftijd van 16 jaar) in de land- en tuinbouwproductie.

Meerdere jonge landbouwers

Bij meerdere jonge landbouwers als bedrijfshoofd moet gezamenlijk aan de vereiste van ‘tenminste 50% zeggenschap’ of ‘tenminste 50% van de aandelen’ worden voldaan. Alle jonge landbouwers moeten individueel ook aan de overige voorwaarden van jonge landbouwer voldoen: het hebben van ’daadwerkelijke langdurige zeggenschap’ en minimaal 1.225 uur werkzaam zijn in het bedrijf.

Jonge landbouwer voor 1 januari 2023 in maatschap/vof

Een jonge landbouwer, die reeds voor 1 januari 2023 is toegetreden tot een maatschap of vof, kan ook voor subsidie in aanmerking komen indien pas vanaf 1 januari 2023 aan alle de voorwaarden van ‘jonge landbouwer’, o.a. bedrijfshoofd, wordt voldaan. Zodoende kan een jonge landbouwer die voor 1 januari 2023 is toegetreden, maar pas op of na 1 januari 2023 daadwerkelijk tenminste 50% van het bedrijf juridisch heeft overgenomen, toch in aanmerking komen voor subsidie.

Voorwaarden bedrijf

Het bedrijf moet aan de volgende voorwaarden voldoen:

Ingeschreven bij KVK met tenminste één van de SBI-codes voor landbouw: 011 t/m 016 of 1051. Bij SBI-code 1051 moet minimaal 50% van de verwerkte melk op het eigen bedrijf worden geproduceerd. Bij de KVK moet een korte omschrijving van de landbouwactiviteit(en) zijn opgenomen.
De SVC moet minimaal € 15.000 zijn, gebaseerd op de bedrijfssituatie op het moment van indiening van de aanvraag.
Het bedrijf moet door de aanvrager minimaal vijf jaar in stand worden gehouden gerekend vanaf de datum van subsidieverlening.

Standaardverdiencapaciteit

Als het bedrijf in 2025 een Gecombineerde opgave (GO) heeft ingediend, dan bepaalt RVO op basis hiervan of aan de SVC-eis wordt voldaan. Het bedrijf geeft hiervoor toestemming in het aanvraagformulier. Geeft het bedrijf geen toestemming of heeft het bedrijf in 2025 geen GO ingediend (gestart bedrijf) dan moet het bedrijf de SVC zelf bepalen op basis van de rekenmodule van Wageningen University & Research. Daarbij moet worden uitgegaan van de actuele bedrijfssituatie op het moment van de aanvraag. De berekening moet dan met de aanvraag meegestuurd worden.

SVC tot € 25.000: bijhouden urenregistratie

Bedrijven die in tenminste één van de vijf opvolgende kalenderjaren na het aanvraagjaar 2025 een SVC hebben tussen € 15.000 en € 25.000 moeten een inzichtelijke urenregistratie van de jonge landbouwer(s) bijhouden.

Bedrijfsplan

Bij de aanvraag moet een meerjarig bedrijfsplan worden ingediend. Er geldt geen vast format voor het bedrijfsplan. Een bestaand bedrijfsplan mag ook worden ingediend, mits deze is geactualiseerd voor het jaar 2025.

Het bedrijfsplan bevat tenminste:

De periode waarover het bedrijfsplan gaat.
Een situatieschets van het bedrijf op het moment van overname of start.
Een toelichting op de gewenste ontwikkelingen van het bedrijf, inclusief de te behalen mijlpalen, gedurende de komende vijf jaar.
Een beschrijving van de kostenposten waaraan de subsidie zal worden besteed.
Een beschrijving van de wijze waarop de subsidie helpt om de veerkracht van het bedrijf te versterken. Zoals bijvoorbeeld hoe de inkomsten verhogen en/of verbreden.
Een beschrijving van onderdelen die bijdragen aan de volgende duurzaamheidsdoelen vanuit het GLB:
- Klimaatverandering en duurzame energie.
- Efficiënt beheer van natuurlijke hulpbronnen.
- Bescherming van de biodiversiteit.

Overige voorwaarden

Voor de Vestigingssteun Jonge landbouwers gelden ook de volgende voorwaarden:

Een bedrijf en/of jonge landbouwer kan maar één keer de Vestigingssteun jonge landbouwers ontvangen.
De jonge landbouwer werkt, voor zover van toepassing, mee aan een evaluatie van de effecten van deze subsidieregeling.

Aanvraag

De subsidie kan worden aangevraagd van 28 april (09:00 uur) t/m 27 juni 2025 (17:00 uur) via mijn.rvo.nl.

Bijlagen

Bij de aanvraag moeten de volgende bijlagen worden toegevoegd:

Het, door de jonge landbouwer(s) ondertekende, actuele bedrijfsplan.
Een kopie van één van onderstaande zaken:
- De koopakte of een ander overnamedocument.
- De notariële akte van overdracht van aandelen of van de oprichting van de vennootschap en het aandelenregister.
- De maatschaps- of vennootschapsakte.
Opgave gegevens voor berekening SVC (als in 2025 geen GO is ingediend of het bedrijf geen toestemming geeft de GO-gegevens hiervoor te gebruiken).
Btw-nummer van de jonge landbouwer en, indien van toepassing, naam en btw-nummer van moeder- en/of dochtermaatschappij.
Verklaring dat de jonge landbouwer beschikt over passende opleiding of ervaring.
Verklaring dat LVVN/RVO het bedrijfsplan mag gebruiken voor statistisch onderzoek en analyses. De gebruikte gegevens zijn niet herleidbaar tot het individuele bedrijf.
Bewijsstukken (pachtovereenkomst) in geval van reguliere pacht/ erfpacht.