Om u zo goed mogelijk van dienst te kunnen zijn, maken wij gebruik van cookies. Door de tracking cookies te accepteren, wordt u herkend. Zo kunnen we onze website afstemmen op uw persoonlijke voorkeuren en kunnen we u relevante informatie en advertenties laten zien, binnen en buiten onze website. Voor meer informatie kunt u kijken bij ons cookie- en privacybeleid.
Ik ga akkoordDe details voor de invulling van de 4%-eis met stikstofbindende gewassen en/of vanggewassen (GLMC 8) zijn bekend gemaakt. Voor deze gewassen geldt een lijst met toegestane gewassen. Een vanggewas moet aansluitend aan de hoofdteelt worden ingezaaid (onderzaai mag ook) en moet t/m 30 november worden geteeld. Een bedrijf moet de invulling van GLMC 8 uiterlijk 15 mei opgeven in de Gecombineerde opgave (GO). Dit kan, volgens RVO, echter pas vanaf eind april.
Eerder is bekend gemaakt dat GLMC 8 ‘Niet productief areaal’, in 2024, ingevuld kan worden door minimaal 4% van het bouwland te bestemmen voor:
Deze versoepeling wordt ook aangegeven als ‘derogatie op de verplichting van 4% niet-productief bouwland’.
Inmiddels zijn de details bekend gemaakt.
In de wijziging van de Uitvoeringsregeling GLB 2023 zijn de voorwaarden opgenomen voor de inzet van stikstofbindende gewassen en vanggewassen voor GLMC 8. Voor beide gelden de volgende voorwaarden:
De specifieke voorwaarden voor stikstofbindende gewassen en vanggewassen staan hieronder vermeld.
Het stikstofbindend gewas moet een gewas zijn, dat vermeld staat op de lijst met ‘Stikstofbindende gewassen’ in Bijlage 1 van de ‘Uitvoeringsregeling GLB 2023’. Dit is de gewaslijst die ook voor de eco-activiteit ‘stikstofbindend gewas’ wordt gebruikt. Een mengsel van deze stikstofbindende gewassen is toegestaan. Een mengsel met andere gewassen is niet toegestaan.
Het gewas mag geoogst worden.
Een vanggewas moet een gewas zijn dat vermeld staat in Bijlage A (Tabel 6 ‘Lijst met vanggewassen’) van de ‘Uitvoeringsregeling meststoffenwet’. Dit is de lijst met vanggewassen die gebruikt wordt in het kader van de ‘Stimuleringsregeling vanggewassen’ op zand- en lössgronden.
Voor de teelt van een vanggewas gelden de volgende voorwaarden:
Als een stikstofbindend gewas wordt ingezet voor GLMC 8 én als eco-activiteit ‘stikstofbindend gewas’, dan tellen wel de punten, maar niet de waarde van deze eco-activiteit.
Bij een vanggewas dat voor GLMC 8 én de eco-activiteit ’onderzaai vanggewas’ wordt ingezet tellen wel zowel de punten als de waarde van deze eco-activiteit. Dit geldt ook voor de eco-activiteit ‘groenbedekking’.
RVO geeft aan dat een bedrijf dat gebruik wil maken van de versoepeling van GLMC 8 dit in de GO moet aangeven.
Bij de vraag over ‘Conditionaliteit: niet-productieve grond’ komt een extra optie: ‘4% invullen met braakliggende grond, stikstofbindende gewassen, landschapselementen en vanggewassen’. Bedrijven die gebruik willen maken van de versoepeling GLMC 8 moeten deze optie aanvinken.
Vervolgens moet per perceel worden aangeven of deze voor de ‘4%’ wordt ingezet. Dit kunnen braakliggende percelen zijn, landschapselementen en percelen met stikstofbindende gewassen en/of vanggewassen.
Bedrijven die gebruik willen maken van de versoepeling GLMC 8 (en dat zullen veel bedrijven zijn), moet het bovenstaande in de GO invullen. Dit moet uiterlijk 15 mei geregeld zijn.
De betreffende gegevens kunnen pas vanaf eind april in de GO worden ingevuld. Als bedrijven de GO al hebben ingediend, zal de GO aangepast en opnieuw ingediend moeten worden. RVO geeft nu aan dat dit uiterlijk 15 mei moet gebeuren. Er wordt (nog) niet gesproken over uitstel van deze uiterste datum.
bron: Component Agro
Update uw browser om optimaal van deze website (en vele anderen) te genieten Nu updaten!